Inhoudelijk thema: Traumasensitief werken

Afgelopen oktober gaf Ester (GZ psycholoog) aan het team van De Strang uitleg over traumasensitief werken. Dit leidde tot twee inspirerende ochtenden, waarbij zowel nieuwe kennis is opgedaan als reeds aanwezige kennis weer naar boven is gehaald. Een korte samenvatting van deze ochtenden:

Traumasensitief werken/ondersteunen is een wijze van begeleiden waarbij rekening wordt gehouden met gevolgen van ingrijpende gebeurtenissen die mensen hebben meegemaakt. De focus ligt niet op het specifieke (probleem)gedrag dat iemand laat zien. Er wordt verder gekeken dan het waarneembare gedrag en het gedrag wordt in perspectief geplaatst met wat iemand heeft meegemaakt en welke behoeftes iemand daardoor kan hebben. Er wordt vanuit gegaan dat als iemand (probleem)gedrag laat zien, dit kan zijn uitgelokt door een trigger. Een trigger is in deze een prikkel waarbij iemand eerder in zijn leven een ingrijpende gebeurtenis heeft meegemaakt, en deze nu wordt geactiveerd zonder dat er daadwerkelijk gevaar dreigt. Een prikkel is bij iedereen weer anders en leidt ook bij iedereen tot ander gedrag. Dit maakt het belangrijk om bij elke bewoner klein te kijken en te observeren wat er gebeurt bij stressvolle gebeurtenissen. 

Binnen de traumasensitieve benadering is het van belang de volgende stappen te ondernemen op het moment dat iemand getriggerd wordt:

– Signaleren dat een bewoner geraakt wordt door een trigger

  Erkennen dat een bewoner geraakt wordt: ik zie dat je boos/bang bent

– Benoemen wat er gebeurt: ik snap dat je nu boos bent om…., wat vervelend

– Zien wat nodig is voor elke specifieke bewoner

– Actie ondernemen: wat nodig is voor de specifieke bewoner, samendoen met de bewoner

Vanuit deze benadering is samendoen en dus verbinding een kernbegrip. De veiligheid van en verbinding met de ander is in deze benadering zeer belangrijk. Zelfregulatie van emoties is lastig op momenten dat een trigger je raakt, wat probleemgedrag kan veroorzaken. Door middel van co-regulatie kan iemand weer rustig worden. De rust en het vertrouwen van de begeleider (of een andere veilige ander) bieden de veiligheid die op dat moment nodig is bij een bewoner. 

Deze werkwijze vraagt van de begeleiding geduld, problemen hoeven niet 1-2-3 opgelost te worden. Verdragen en ruimte geven aan de emoties van de bewoner zijn belangrijk. Acceptatie dat de emoties er mogen zijn. Zorg daarnaast voor voorspelbaarheid, ondertitel de acties die je neemt. En het allerbelangrijkste, zorg dat je er bent, samen zijn is belangrijk om de veiligheid voor de ander te vergroten. De rust en het vertrouwen zorgen voor de nodige co-regulatie. 

Kortom, inspirerende ochtenden met theoretische onderbouwing en praktische kennis om mee verder te werken de komende tijd. Ester, bedankt voor de inspirerende ochtenden. Een mooie quote om het stuk mee af te sluiten: “Veiligheid is niet de afwezigheid van gevaar, maar de aanwezigheid van een belangrijke/veilige ander”.